Deze zware maand (1)
Het is half oktober, de laatste drie weken van het eerste jaar zonder Johan zijn ingegaan. Ik zou ze graag overslaan, met alle herinneringen die nu nog zo pijnlijk zijn. Omdat dat niet gaat schrijf ik af en toe een stukje over een of meer onderwerpen die ik moeilijk vind.
In 2017 werd ik voor het eerst geopereerd, ik kreeg een nieuwe heup. De tweede was in 2018 gepland maar tijdens de vakantie op La Palma kreeg ik een dubbele longontsteking, belandde daar in het ziekenhuis en eenmaal thuis duurde het een halfjaar voordat ik er min of meer overheen was. De Spaanse arts had gezegd dat het mogelijk was dat ik er ‘iets’ aan zou overhouden, maar omdat ik ‘fit to fly’ was, konden ze dat niet verder onderzoeken al hadden ze dat graag gedaan. Begin 2019 was ik ‘fit to operate’ en kreeg ik de tweede heup, in oktober gevolgd door de eerste knie. Zulke operaties doen wat met je, ik kon me steeds slechter concentreren op het lezen van de krant, boeken ook trouwens, en na de tweede nieuwe knie lukte dat helemaal niet meer, laat staan na de ziekenhuisopname in verband met covid. Ik keek geen krant meer in of Johan moest me al eens een stukje onder mijn neus duwen. Wel volgde ik het nieuws op tv, de journaals en actualiteitenprogramma’s. Dat hield in dat ik van de rest van Nederland, Europa en de wereld meer wist dan van mijn eigen provincie en dat vond ik erg. Maar ik wist dat als er echt iets gaande was Johan me op de hoogte hield. Na zijn overlijden gingen de kranten ongelezen de oudpapierdoos in tot ik overging op de digitale krant. Dan hoeven er geen bomen te sneuvelen voor mijn ongelezen kranten. Af en toe doe ik een poging om een artikel te lezen en dat lukt me als ik heel geïnteresseerd ben, maar zelfs dan is het lezen van een stukje een hele uitdaging. Misschien zul je je afvragen hoe dat dan gaat met schrijven, ik zal toch moeten lezen wat ik schrijf. Dat klopt en dat is het moeilijkste deel, vooral omdat mijn eerste lezer dood is. Al bijna een jaar.
Al bijna een jaar moet ik het wereldnieuws in mijn eentje tot me nemen en herkauwen zonder er met iemand over te kunnen praten. Ik heb geen telefoon- of ander nieuwsmaatje met wie ik het over oorlogen her en der, de verkiezingen waar dan ook of de mening van een politicus die wat roept kan hebben. Het wikken en wegen van verschillende meningen tot ik tot een eigen mening kom die ik, zonder meteen veroordeeld te worden, met iemand kan delen. Niet alleen kan delen maar al doende onder woorden kan brengen omdat ik niet graag zwart-wit denk en de nuances een betere taalbeheersing vragen dan ik momenteel heb. Hopelijk, o wat hoop ik dat, komt die taal weer terug. Omdat ik gedwongen veel thuis ben en zelden mensen om me heen heb kan ik die woorden en die mening niet toetsen en zo al doende leren. Ik ben geen boekjesleerder, misschien raar voor een schrijver, maar ik ben iemand van learning by doing. Dat betekent dat ik leer van mijn eigen stommiteiten en die zijn er genoeg. Maar iedere keer als ik viel, stond ik weer op, al was het alleen al omdat iemand zijn hand toestak om me overeind te helpen. Deze keer moest ik veel meer alleen doen. Gelukkig niet alles, er zijn altijd lieve helpers. Toch is het wennen dat die ene er niet meer is terwijl long Covid niet is vertrokken. Ik kan geen cursussen volgen, ook niet via internet, zoom, skype of noem maar op, want binnen 10 minuten haak ik af. Dan oogt het in mijn hersens als een schilderij waar laag op natte laag is gekliederd zodat er een troosteloze bende overblijft waar kleur noch vorm aan is te ontdekken. Het rare maar heel fijne is dat ik wel een cursus kan geven. Daar ben ik dan een paar dagen uitgeput van maar de vreugde die het geeft zou ik niet graag willen missen. 1 november begint de cursus Proazaskriuwen foar bern weer en ik kijk ernaar uit! Je kunt nog meedoen!
Mensen ontmoeten en het met hen hebben over wat ik zo graag doe, het schrijven van kinderboeken, al ging het het afgelopen jaar niet! Want je denkt toch niet dat het schrijven van sneue stukjes als deze mijn innige wens is? (Sorry lezers) Liever dwaal ik door de fantasiewereld in mijn hoofd op zoek naar verhalen en personages die daar een rol in willen spelen. Wist je dat dat de tweede reden van poes Foekjes naam is? Om die naam niet te vergeten voor de rol die ik haar heb toebedeeld in een kinderboek? Maar voor kinderboeken moet mijn hoofd leger zijn dan het nu is, nu er allemaal pijnlijke herinneringsspoken opfloepen gemixt met mismomenten en verdrietverhalen. Niks an om daar een kind mee aan het lezen te krijgen. Gelukkig heb ik een website waar ik af en toe stukjes op zet die mensen lezen en waar ze soms op reageren. Meestal met een kant en klaar emotietje en soms met echte woorden. Die woorden helpen me. Dus reken de komende tijd op meer mismomenten nu de laatste weken van het eerste jaar zijn aangebroken, nota bene in de maand die eindigt in de wintertijd. Ik probeer me op te trekken aan een wiskundewet van lang geleden, toen min en min plus was. Hoe ik van mijn minmomenten een plus kan maken weet ik nog niet. Wie weet valt het ineens zomaar als een herfststorm met een fikse regen ‘snjitter’ uit de lucht. Jullie horen het als eersten.