“Films die nergens draaien”

“Films die nergens draaien”

“Films die nergens draaien”

Af en toe schrijf ik in mijn stukjes iets over mijn kleinkinderen, hoe ze pake missen en ermee omgaan. Dat zijn voornamelijk de kinderen van mijn zonen, de dochters van Margryt zijn wat stiller. Het verdriet van Silke was zo diep dat ze niet wist wat ze ermee moest; ze kon er geen woorden aan geven. Dat heeft ze in de loop van de tijd geleerd. Fardau was 4 ½ toen Johan overleed. Ze linkt het verlies van pake voornamelijk aan verdrietig zijn en andersom werkt dat bij haar ook zo: als ze verdrietig is, ook al gaat het over dingetjes met school, dan denkt ze dat het nog met pake te maken heeft. Wat ze naar vindt is dat ze hem aan het vergeten is. Wij, de volwassenen, zeggen dat dat niet erg is, dat dat nou eenmaal zo gaat.

Toen Silke hoorde dat ik ging verhuizen was ze een beetje boos. Ik ga weg uit het huis waar ik zolang met pake heb gewoond, waar zij zoveel herinneringen aan pake en Luca heeft liggen. Eerst moest Luca weg en nu gaat beppe ook weg! Het helpt wel als ze hoort dat ze dan Foekje als gezinslid erbij krijgen, want Foekje is leuk!

In augustus werd Silke 12 jaar. Omdat een huis vol visite te druk voor mij is, iets met prikkels, kwam Silke met mem Margryt bij mij op bezoek. Dat vond ik fijn want ik had een speciaal cadeau voor Silke. Ze is gek op lezen, verslindt series en weet dat ze van mij meestal een ander soort boek krijgt. Ook deze keer was dat zo. Ik vertelde Silke dat ik bij het boek een brief heb geschreven aan haar en omdat het zo rustig was en Silke vol aandacht las ik hem voor. Het begon zo:

“Lieve Silke, Ik weet nog de dag dat je werd geboren, ik mocht erbij zijn. Het was de warmste dag van die zomer. Omdat je mem naar de operatiekamer moest om te worden gehecht, bleef ik alleen met jou in de kamer achter en legde de zuster jou in mijn armen. Papa was jaloers! Hij wilde bij je mem blijven maar wilde jou ook dicht tegen zich aan houden. Hij mocht later, toen mem en papa terug waren. Vanaf het eerste moment dat ik je zag, zei ik: ‘Ze is een Bonsje!’ Je leek zo sprekend op je opa en oma! Toen je groter werd, herkende ik ook dingen van je mem in jou en zelfs wat van mezelf. En toch ben jij helemaal jij. Dat is al 12 jaar geleden en ik weet het nog als de dag van gisteren. Ik kan het in mijn hoofd af laten draaien als een film. Als een film die niemand ziet, alleen ik.”

Ik vertelde dat iedereen zulke films in zijn hoofd heeft zitten, het zijn je herinneringen. Zoals het voor mij niet nodig was om naar het ziekenhuis te gaan om die film van haar geboorte te laten draaien, kan zij ook de herinneringen aan pake naar boven laten komen. Soms gewoon, omdat ze aan hem denkt en soms omdat iets haar aan pake doet denken. Een geur, een muziekje of een foto, of omdat ze met iemand over hem praat.

Behalve mijn brief kreeg ze er een boek bij. Hoewel nee, eerlijk gezegd was mijn brief bij het boek geschreven en had ik die films uit de titel en het verhaal gejat. ‘Films die nergens draaien’ is de titel van het prachtige boek van Yorick Goldewijk. Plus een bon voor een boek naar eigen keuze, want ze leest zo graag!

Afgelopen week ging ik met Lykele, oudste kleinkind van 14 Thijs en een aannemer die Lykele kende naar het appartement in Nijlânstate om te bespreken wat er moet gebeuren om alles naar mijn zin te krijgen. De ruimte viel de heren alleszins mee en ik wees waar ik wat wilde hebben. Dat ik voor het raam op het noorden mijn werkplek wilde hebben, het liefst op het blad waar ik altijd aan gewerkt had. ‘Nee mem,’ zei Lykele, ‘ik maak wel een nieuw blad dat precies hier past.’ ‘Maar ik vind het fijn om nog iets ouds bij me te hebben,’ sputterde ik tegen, al wist ik dat de strijd verloren was.

Toen de bouwers teruggingen naar de slaapkamer en de badkamer om alles precies op te meten bleven Thijs en ik in de kamer. Thijs had me steeds in de rolstoel geduwd en stond de kamer op te nemen. Aanvankelijk vooral om de mogelijkheden bij het jaarlijkse Sinterklaasfeest te bedenken maar al snel dacht hij hardop met mij mee over mijn werkhoek. ‘Weet je beppe, jij hebt tegen Silke gezegd dat je herinneringen met je mee kunt nemen in je hoofd. En dat je soms oude dingen moet achterlaten omdat je aan iets nieuws begint.’
‘O.’ Ik slik. ‘Silke heeft een boek van mij gekregen.’
‘Ja, dat heb ik gezien.’
‘O.’ Ik slik weer en zie het plaatje voor me. Silkes verjaardag, bezoek, mensen, geroezemoes, en daar mijn twee oudste kleinkinderen die samen een boek bekijken en het hebben over herinneringen die je kunt bewaren. 14 en 12 jaar. Ik smelt en kan wel janken.

Samen zorgen ze ervoor dat de scherpste rouwrandjes zachter worden, dat er nog zoveel is om voor te leven. En, realiseer ik me, zo’n prachtig moment zorgt ervoor dat ik weet dat dit de leeftijd is waarover en waarvoor ik wil schrijven. Straks, aan het nieuwe werkblad.