Schrijflap

Blogberichten

  • Weer een stap: SSS

     

    H. DE JONG-2_resized_1

    De meeste schrijvers geven geregeld lezingen. Als je in het Fries lezingen geeft, verzorg je dat meestal zelf maar de Nederlandstalige schrijvers zijn vaak aangesloten bij de SSS. De letters staan voor Schrijvers, School en Samenleving. Zij organiseren al het regel- en coördinatiewerk voor Nederlandstalige auteurs en leggen contacten met belangstellende scholen, bibliotheken, leesclubs en noem maar op. De schrijver levert informatie aan en een foto, zodat men een keuze kan maken.

    In de jaren dat ik werkte en tegelijk boeken schreef, volgde ik – een tikje jaloers – de activiteiten van mijn collega’s. Meestal waren het jubelverhalen op facebook of twitter, een enkele keer een wanhoopskreet omdat het bezoek niet goed was voorbereid door de scholen, de leerkrachten zich nergens mee bemoeiden maar werk gingen nakijken, men de auteur in de pauzes aan zijn/haar lot overliet en andere zaken die het bezoek niet echt aangenaam maakten. Meestal was het feest. En o, wat wilde ik dat graag. Natuurlijk gaf ik af en toe wel eens een lezing, maar het was teveel in combinatie met werken.

    Sinds april staat de wereld voor me open. En sinds ik Schoolschrijver ben, geeft me dat extra vertrouwen dat ik natuurlijk, net als andere schrijvers, over mijn eigen boeken kan vertellen. Dus heb ik me in laten schrijven zodat scholen e.d. me kunnen boeken. In het voortgezet onderwijs kom ik graag vertellen over Dertien dagen om een spetterend feest te organiseren, over Marieke die niet weet, maar langzamerhand vermoedt, dat ze ADHD heeft. Humor met een scherp randje, want deze schrijfster weet waar ze het over heeft.

    En ik heb me aangemeld voor de Kinderboekenweek! Het thema is Raar maar waar, het boek waar ik het over wil hebben, komt in augustus/september uit. Friese lezers zullen de titel herkennen: Het oor van Sven, over een jongetje dat een bijzonder oor heeft. Hij beleeft, met zijn opa, dan ook een bijzonder avontuur. De inspiratie kwam onder andere van Eise Eisinga, niet gek als je in Franeker woont, die het planetarium in zijn eigen woonkamer bouwde. Als hij dat in zijn tijd kon, dan kan de opa van Sven toch zeker een raket bouwen?

    Op de site van de SSS kun je er meer over lezen.

    Hanneke de Jong
  • It nije libben dat giet wer oan (Piter Jelles Troelstra)

    kiekendief klein

    Bij mijn afscheid van OSG Piter Jelles mocht ik een cadeau uitkiezen. Iets met een ideële waarde. Bijvoorbeeld een sieraad, een schilderij of een andere kunstuiting.

    Ik heb er lang over nagedacht. Naar een galerie ga ik weinig omdat dat een bombardement aan prikkels oplevert. Voor een dergelijk cadeau moet je tegen iets aanlopen waar je als een blok voor valt.

    Er was een dag dat dat gebeurde. Ik viel voor een foto van een jonge kiekendief. Jur Henstra, de fotograaf, vertelde het verhaal. Hoe hij in het water stond om deze foto (en een paar andere, maar deze was de beste) te kunnen nemen. Drie jongen bevonden zich in het nest. Dit was de oudste, bijna klaar om uit te vliegen. Zijn broertjes/zusjes waren zover nog niet.

    In deze foto komt alles samen. Voor mijn werk op de afdeling Communicatie maakte ik onder andere foto’s, al had ik deze niet kunnen maken. Ik was immers een goedwillende amateur. Het paste perfect bij de dichtregels die voor in de hal van het Servicebureau hangen, van de dichter en naamgever van de school, Piter Jelles: It sie fan hjoed is de frucht fan moarn (morgen), it nije libben (leven) dat giet wer oan. Op de foto van de foto komt de kiekendief niet volledig tot zijn recht: met een spot erop (en die hangt nog niet) zie je elke veer van zijn vleugels. Bovendien is deze sterk verkleind, aan de muur is de breedte ongeveer 90 centimeter.

    Het heeft een prachtig plekje gekregen in mijn nieuwe schrijfchalet in Gaasterland. Ik ben er heel blij mee, iedere keer als ik de kamer binnenloop, geniet ik ervan. En van de gedachten er achter.

    Hanneke de Jong
  • Afscheid van ‘mijn’ Schoolschrijverschool

    Aventoereboek

    Een kleutergymlokaal vol kinderen beleefde afgelopen donderdagmiddag mijn afscheid als Schoolschrijver. De leerlingen van de talentenklas verzorgden het grootste deel ervan. Ze lazen voor uit eigen werk dat in het Aventoereboek was verzameld: gedichten, verhalen en een dialoog. Twee meisjes interviewden de meester en de juffen waarbij ik in de klas was geweest; ook zij hadden een prachtige tijd gehad en veel geleerd, vertelden ze. De kinderen keken naar een filmpje dat de meester had gemaakt tijdens de ‘bibliotheekles’ en ze luisterden naar een rap van drie jongens uit groep 7. Juf Wietske bood me een prachtige pot bloemen aan die ik straks mee kan nemen naar mijn (nieuwe) schrijfchalet in Gaasterland.

    Erg blij was ik toen een juf zei dat ze bij sommige leerlingen een heel andere kant te zien kreeg dan ze wist. Ook haar collega’s noemden het optreden van de kinderen verrassend.

    Na afloop van dit feest nam ik afscheid van de groepen waar ik met zoveel plezier was geweest. Even napraten, een meisje troosten dat in snikken uitbarstte en zelfgemaakte boeken in ontvangst nemen. De juf van groep 5 schreef daarin: “De eerste les van Hanneke, we wisten niet wat ons overkwam. Wat een wereld ging er open deze eerste les! Hanneke stimuleerde de fantasiewereld in ons hoofd en het lukte allemaal een verhaaltje op te schrijven over onszelf. Dit mocht waargebeurd, maar ook volledig fantasie zijn. Veel kinderen kozen voor dat laatste!”

    In Amsterdam, tijdens het grote feest van De Schoolschrijver, presenteerde neuropsycholoog Jelle Jolles, Centrum Brein & Leren (Vrije Universiteit Amsterdam) onderzoeksresultaten, waaronder: ‘Meer dan negentig procent van de leerlingen is vooruitgegaan op schrijven en schrijfplezier. Vijfenzeventig procent van de kinderen ontwikkelde meer leesplezier.’ Volgens het onderzoek inspireert De Schoolschrijver daarnaast leerkrachten in hun eigen schrijfonderwijs. Ook dit is goed nieuws, want volgens de Onderwijs Inspectie is in het basisonderwijs slechts marginale aandacht voor het schrijven van teksten, terwijl dit een hoofdvaardigheid is.

    Toen ik dat vertelde aan de leerkrachten van De Reinbôge was hun reactie: “Dat wisten wij allang, we zagen het zelf! Maar mooi dat onderzoek het ook bewijst.”

    Mijn eerste halfjaar als Schoolschrijver zit erop. Het was een onvergetelijke tijd. Ik zal ze missen, de leerlingen en leerkrachten van Twijzelerheide!

    Hanneke de Jong
  • Laatste les Talentenklas

    Donderdag 21 mei gaf ik de laatste les aan de Talentenklas van De Schoolschrijver. De eerste twee lessen was er al hard gewerkt aan wat het eindresultaat moest worden: een mix tussen schoolkrant en een van-alles-boek waaruit de Talentjes zouden voorlezen tijdens het Slotfeest.

    We begonnen iedere les met een redactievergadering. Ik legde uit wat de bedoeling was en de kinderen gingen aan de slag. Ze dichtten, schreven, tekenden dat het een lieve lust was. De meeste leerlingen van groep 5 haakten na ruim een uur af. “Moe, Hanneke.” Ze gingen terug naar hun eigen klas en met de anderen werkten we verder.

    Tijdens de tweede les werden de verschillen steeds groter. De éen had iets af, de ander moest typen, maar hoe slaan we dat op, Hanneke? Een duo maakte een dialoog, dat aanvankelijk wat te saai was. “Is het spannend om te lezen? Of om voor te lezen? Hoe krijg je het spannender?” Vol goede moed werkten de twee verder. Aan het eind van les twee begon ik te twijfelen. We hadden nog maar één les! Zouden we het af krijgen? En zou er genoeg zijn om voor te lezen tijdens het feest? De hele week piekerde ik er over, probeerde zoveel mogelijk voor te bereiden en zelf te doen. In mijn hoofd werd de chaos en de twijfel of het goed zou komen groter en het resultaat was dat ik flink om me heen begon te katten. Te snel op de verzendknop van de mail drukte. Vol stress voor de laatste les naar Twijzelerheide reed. Om daar te ontdekken dat ik mijn handtas, met rijbewijs, mobiel (ik wilde foto’s maken die laatste keer!) en andere nuttige zaken thuis had laten liggen. Ik kon wel huilen, stresskip die ik was! Om vervolgens tegen mezelf te zeggen dat IK het was die de lat zo hoog legde, dat het beter was te genieten van die laatste les, beter om een kwartier een fantastisch feest te hebben dan een uur met een kleuterlokaal vol lamlendige kinderen te zitten.

    Na een gesprek met de directeur en de leescoördinator, voor wie deze paniek uit de lucht kwam vallen, ging ik, prettig opgeschud en vol goede moed naar de laatste les. De kinderen werkten als paarden, ook al hadden ze net twee (!) sportdagen achter de rug en waren ze moe. Ze typten, ze tekenden, ze overlegden, ze redigeerden, ze waren kritisch en we vergaderden twee keer. Een paar die het niet af konden krijgen, mailen het in het weekend. We leerden, o, wat leerden we!

    Volgende week is het feest. Hopelijk kan ik dan wel foto’s laten zien. Bij dit stukje mag je het beeld zelf invullen: Schoolschrijfster met een hoofd als een biet, met, als een inktvis, aan elke tentakel een kind vol vragen. Ik had niets willen missen!

    Hanneke de Jong
  • 15 jaar geleden

    15 jaar geleden

    heit

    Vijftien jaar geleden, in de vroege ochtend, overleed mijn vader op 10 mei. Terwijl de zon langzaam opkwam, reed ik van Franeker naar Heerenveen. Thuis lag mijn vader nog in zijn bed. Een leeg omhulsel, zijn ziel was gevlogen. Met ieder kind had ik goed afscheid genomen.

    De vrijdags met dochter M. Pake kon toen nog praten, voor zover mogelijk na een operatie om de tumor uit zijn keel te verwijderen. De zondag erna kwam ik met oudste zoon L. Die dag zinderde de lucht boven Heerenveen. De vlaggen hingen uit, iedereen verwachtte dat SC Heerenveen zou winnen zodat ze door konden naar de Champions League. Buiten tintelde het leven, binnen wachtte de dood. Al was mijn vader nog niet zo ver. ‘Hoeveel staat het?’ vroegen zijn lippen terwijl hij zich ophees om naar de tussenstand op teletekst te kijken. ‘Ze winnen!’ Hij lachte scheef. Dinsdags kwam ik met man en jongste zoon M. Die vroeg me: ‘Wat moet ik zeggen?’ ‘Niks,’ zei ik, ‘je hoeft er alleen maar te zijn.’ We namen afscheid, voorgoed, dat was duidelijk.

    Toen de mannen van de uitvaartvereniging ’s morgens vroeg kwamen, liep ik door de stille wijk. Iedereen sliep nog. De ochtend kwam op rose sokken om de huizen wakker te kussen.

    Na een paar hectische dagen was de crematie op zaterdagmiddag, 13 mei. Een warme dag, met veel liefde om me heen. De ontvangst van mijn vader hierboven ging niet onopgemerkt voorbij: met een groots vuurwerk. Al had dat wat ons betreft niet een wijk en mensenlevens hoeven kosten…
    Vijftien jaar geleden en ik mis hem meer dan ooit. Dach heit.

    Hanneke de Jong