2018: tegen de stroom in
2018 zou een prachtig jaar worden, met de Culturele Hoofdstad vlakbij, weer lesgeven aan mijn Schoolschrijversschool in Twizel, naar La Palma gaan voor twee weken zon, het Aksjeboek foar bern schrijven en voor de zomer zou ik de tweede nieuwe heup krijgen. Ik had er zin in!
Het jaar zette fantastisch in: met een virus dat als een vlo iedere week een ander deel van het lijf aandeed. Omdat niks hielp, nam ik een poosje rust en knapte zowaar op, zodat ik toch naar La Palma kon gaan. Daar werden we enthousiast begroet door stormen en stortbuien en na een paar dagen werd ik ziek; ik belandde met een longontsteking in het ziekenhuis, waar ik prima en liefdevol werd verzorgd. Al in het ziekenhuis had ik door dat het nog lang zou duren voordat ik beter zou zijn en moest ik ‘mijn’ school afzeggen. De bitterste pil van het ziekenhuis! Na acht dagen was ik ‘fit to fly’ en kon ik met schoonzus, die me iedere dag had bezocht, nog een avond genieten van een prachtige zonsondergang, heerlijk eten en een gitarist die zoete liedjes speelde en zong. Het werd een onvergetelijke avond en het was een bijzondere vakantie. De zusters, broeders en dokters in het ziekenhuis zal ik nooit vergeten!
Eenmaal thuis knapte ik niet op, en zolang de longen niet in orde waren, kon ik de nieuwe heup op mijn buik schrijven. Er volgden onderzoeken, in Leeuwarden en later in Nieuwegein, en na een zomer wachten was de conclusie dat het een zelden voorkomende bijwerking van een van mijn antidepressiva was. Ik kreeg andere en groeide als kool, ook een bijwerking, ik kreeg weer andere en werd een tikkeltje labiel. Ondanks het gekwakkel schreef ik het Aksjeboek, het was mijn vrolijke steun in bange dagen. Linda de Haan illustreerde het prachtig en na de presentatie gingen we drie weken samen op schoolbezoek om te vertellen en voor te lezen uit het boek. Het was een feest om dat met Linda te doen. Daarna was mijn stem weg en ik weer ziek.
In november, toen ik me wat beter voelde, ging ik op naar de sportschool om aan mijn conditie te werken in verband met de komende nieuwe heup. Ik begon met drie keer per week een half uur, en halverwege december sportte ik wekelijks drie keer een uur. Intussen heeft de orthopeed een datum geprikt, 30 januari, de longarts heeft haar zegen gegeven en als de anesthesioloog hetzelfde doet, kan het dan ‘heve’.
Toch was het jaar niet allemaal drama: in april werd ons vijfde kleinkind geboren, Fardau Anna, een wolk van een famke en in de zomer lukte het me om in Gaasterland naar het Mirnzer klif te fietsen. In november kon ik toch bij het verjaardagsfeest van Dolf Verroen zijn en half Facebook ontmoeten! We maakten er een paar dagen Scheveningen van en genoten. Al was het appartementje wel driehoog in een hotel zonder lift! Gelukkig lag er dikke vloerbedekking op de treden, dus ik kon halverwege uitrusten.
Nu werk ik weer aan een boek en plan niet verder dan 30 januari. Ik ben blij dat ik kan schrijven, zelfs in het ziekenhuis schreef ik door, want op papier en in mijn gedachten kan ik alles wat ik in het echt niet kan. Ik ben dapper, bekijk alles met humor en zelfrelativering, doe dingen die ik nooit eerder deed, ben schurk en held tegelijk en geniet daarvan. Dat blijf ik zeker doen.
Voor allen een goed 2019! Sûnens!